Kattensnor dankt haar naam aan de opvallende, lange meeldraden die op de snorharen van een kat lijken. De eenjarige plant zie je niet vaak in tuinen. Toch is de kattensnor, latijnse naam Cleome hassleriana, echt de moeite waard.
Naamgeving
Familie | Cleomaceae |
Botanische naam | Cleome hassleriana, syn. Cleome spinosa |
Engels | Spiderflower |
Frans | Caprier épineux |
Duits | Spinnenpflanze |
Herkomst
In de wilde natuur komt de kattensnor overal op de wereld voor in tropische en subtropische gebieden op vochtige en kalkrijke gronden.
Uiterlijk
De schoonheid van de aparte, iets stekelige plant is zorgt vaak voor een grote verrassing in de tuin. De stengels zijn zacht behaard en een beetje kleverig. De bladstelen en schutbladeren hebben fijne stekels.
De bloem is heel bijzonder, donkerroze of wit en verschijnt vanaf begin augustus. Kattensnor bloeit lang, vaak tot het begint te vriezen.
Standplaats
- In kleine tuinen zijn 3 of 4 planten voldoende als hoge achtergrondbeplanting.
- Omdat kattensnor aan de basis van de stengel zo goed als bladloos zijn, kun je lagere planten ervoor zetten.
- Kattensnor groeit vrijwel op alle gronden, maar het liefst op zand.
Zaaien
Je kunt kattensnor in de volle grond zaaien wanneer het in de lente warmer wordt. In het jaar daarop kun je nieuwe zaailingen op het bed ontdekken, want de planten zaaien zich makkelijk uit.
Lees ook – Eenjarigen zaaien
Lees ook – Zaaikalender bloemen