Hoe kun je een moestuin nu echt het beste indelen? Lees alles over de verdeling van je groente- en fruitvakken.
De basis van de moestuin is nu gelegd. Op de juiste plek is met goede grond en bemesting gezorgd voor een ideaal zaaibed. Dan kun je nu aan de slag met het indelen van de tuin.

Kweek gewassen per vak

Verdeel je moestuin in verschillende vakken. Per vak is het verstandig om één soort gewasgroep bij elkaar te planten. Het maakt niet uit of je moestuiniert in vierkante-meter bak of op een groter stuk grond. In alle gevallen is het goed om onderstaande vakken aan te houden.

Peulgewassenvak

Peulvruchten vind je in bijna elke moestuin. Je herkent ze aan de lange bamboestokken met klimmende bonensoorten en aan de enorme variatie in soorten. Peulvruchten zijn, ook voor de hobbykweker, makkelijk te telen. Alleen al met sperziebonen valt er heel wat te experimenteren.
Bonen en peulen hebben een hekel aan te veel mest. Enkele voorbeelden van peulgewassen zijn sperziebonen, tuinbonen, snijbonen, boterbonen, peulen en erwten.

Koolvak

Koolsoorten behoren allemaal tot hetzelfde plantengeslacht (Brassica). Er zijn dan ook veel overeenkomsten tussen de verschillende soorten. Om ze ’te laten groeien als kool’ is flinke bemesting met behoorlijk wat stikstof nodig. Maar pas op: ook rupsen en slakken zijn dol op kool. Zonder de nodige voorzorgsmaatregelen wordt het telen een stuk minder leuk. Enkele voorbeelden van koolsoorten zijn broccoli, spruiten, paksoi, spitskool, amsoi, witte en rode kool, bloemkool en boerenkool.

Bladvak

Bladgroenten groeien vaak snel, zijn sterk en staan leuk in je tuin. Zo is een rijtje pluksla snel gezaaid en je oogst ligt binnen een paar weken al op je bord. Bladgroenten houden van een stikstofrijke bodem. Vergeet niet: slakken zijn hun grootste vijanden. Enkele voorbeelden van bladgroenten zijn andijvie en diverse slasoorten zoals kropsla, veldsla, spinazie en snijbiet.

Vruchtvak

Vruchten telen en plukken is wat ingewikkelder dan bijvoorbeeld bladgroente. Ze hebben vaak meer tijd en aandacht nodig. Paprika, aubergine en komkommer doen het bijvoorbeeld beter onder glas of plastic. Veel makkelijker is de teelt van courgette of pompoen. Dat zijn echte aanraders voor beginners. Enkele vruchtsoorten zijn courgette, mais, augurk, komkommer, tomaat, paprika, aubergine en pompoen.

Wortel- en knollenvak

Bol- en knolgewassen zijn een geval apart in je moestuin. Vooral omdat deze vaak meer eisen stellen aan de bodem. De meeste bol- en knolgewassen hebben geen zware bemesting nodig, met als uitzondering: aardappelen. Deze hebben voor een goede groei juist wel een bodem nodig die rijk is aan voedingsstoffen. Voor de wortelgewassen die wat dieper de grond in gaan, zoals pastinaak en schorseneer, is een lichte bodem met weinig harde delen (kiezels, grove compost) ideaal.

Meng veel zand door de bodem om de grondstructuur te verbeteren en om geen vervorming van de wortels of knollen te krijgen. Veel wortelgewassen hebben last van knagende bodeminsecten. Laat ze daarom elk jaar een plaats opschuiven in je moestuin. Enkele voorbeelden zijn: wortel, ui, knoflook, sjalot, schorseneer, bieten, aardappel, radijs en pastinaak.

Wisselteelt

Elke gewasgroep geeft stoffen af aan de grond en neemt andere stoffen op. Laat gewasgroepen elk jaar een plaats opschuiven in je moestuin. Dankzij de wisselteelt wordt alles evenredig verdeeld over je moestuin en raakt de grond niet uitgeput. Met als resultaat een betere oogst!

Moestuin in potten

Groenten kun je ook voorzaaien in een bak of pot. Zodra de plantjes twee paar blaadjes hebben, moet je ze wel verplaatsen, ieder naar een apart potje. Dit wordt ‘verspenen’ genoemd.

Extra tips voor de start van een moestuin

• Start eerder met telen door de groenten binnen voor te zaaien
• Houd het overzichtelijk door klein te beginnen
• Geef groenten in pot water in een schaal onder de pot
• Zaai nooit twee jaar achter elkaar een groente op dezelfde plaats
• Bescherm je planten met cloches bij onverwachte nachtvorst

Ready, steady, go….

In plaats van zaden kun je bij veel tuincentra ook al iets verder opgekweekte gewassen kopen. Zo kun je het zaai- en ontkiemproces overslaan en vergroot je jouw eerste oogstsucces. Binnen enkele weken na het planten kunnen de kruiden, groenten en fruit vaak al geoogst worden.

Lees ook – Onze 7 tips voor het voorbereiden van je moestuin