Rozen namen al duizenden jaren geleden in alle oude culturen een zeer bijzondere plaats in. Rozen zijn inheems in de gematigde en subtropische streken van het noordelijk halfrond.
De geur van rozen
Het is vooral de zoete geur van rozen, soms zo sterk dat deze bijna bedwelmend is, die diepe indruk maakt en direct aan ons gevoel appelleert. De geur van rozen stimuleert tal van gevoelens. Liefde staat centraal. Rozengeur wordt daarom al sinds mensenheugenis toegepast.
De geurstoffen uit de rozenblaadjes werden lang geleden met olie of vet geëxtraheerd. Men wreef er de huid mee in en doden werden ermee gebalsemd. In de vroege middeleeuwen werd in het Midden-Oosten ontdekt dat de geurstoffen ook via distillatie konden worden bemachtigd.
Er werd toen al rozenolie en rozenwater naar Europa geëxporteerd. De meest beroemde roos voor die productie is Rosa × damascena ‘Trigintipetala’ die vooral in Bulgarije en Turkije om de bloemblaadjes wordt gekweekt. Om een idee te geven: uit ca. 8 miljoen rozenbloemen wordt ongeveer 1,5 liter pure rozenolie gewonnen.
Verschillende soorten geurende rozen
Qua geur zijn er geen betere rozen dan de ouderwetse ‘historische’ struikrozen, vooral rassen die afstammen van de beroemde Franse rozen (Rosa gallica), de muskusroos (R. moschata) en de Japanse bottelroos (R. rugosa). Vooral de twee eerstgenoemde bloeien overdadig, maar ze zijn tamelijk weer- en ziektegevoelig. Enkele van de beste zijn: ‘Belle de Crécy’ (rozerood), ‘Blanc Double de Coubert’ (wit), ‘Cardinal de Richelieu’ (paars) en misschien wel de geurigste: ‘Madame Isaac Pereire’ (lila).
Veel beter ziekteresistent, maar toch heerlijk geurend zijn de moderne David Austin-rozen, zoals ‘Charles Austin’ (geel/abrikoos), ‘Héritage’ (zachtroze) en ‘Graham Stuart Thomas’ (geel). Andere, sterk geurende moderne rozen zijn bijv. ‘Duftwolke’ (roze), ‘Fragrant Delight’ (zalm), ‘Friesia’ (geel) en ‘Prima Ballerina’ (donkerroze). Heerlijk geurende en doorbloeiende klimrozen zijn o.a. ‘New Dawn’ en ‘Zéphirine Drouhin, ‘Maigold’ en ‘Golden Showers’.
Er zijn onder andere enkelbloemige en gevuldbloemige rozen, hoe meer bloemblaadjes hoe meer geur. Ook zijn er grootbloemige en trosrozen, eenmalig bloeiende en herhaald bloeiende (remonterende), klimmende, bodembedekkende, struikrozen en heesterrrozen of botanische rozen. Een enorme keus: van dwerg tot reus. Je kunt met rozen hele wanden, pergola’s of de tuingrond bedekken of ondoordringbare hagen maken.
Er zijn rozen zoals de egelantier (R. rubiginosa) waarvan ook de groene blaadjes geuren (naar appels) en rozen met groene bloemen (R. ‘Viridiflora’). Veel rozen geven na de bloei prachtige bottels (van rood, via oranje naar zelfs bruin en zwart).
Tips voor het planten en snoeien
Rozen die in pot zijn gekweekt, kun je het hele jaar door planten. Behalve als het vriest. Rozen die met kale wortels worden geleverd, in het vroege voorjaar of late najaar planten.
Wist je dat?
Van en met rozen werd en wordt een heel scala aan producten gemaakt: Rozenolie noemden we al. Daarmee worden rozenwaters, parfums, zalven e.d. gemaakt.
Van de rozenbottels, vooral R. rugosa-bottels, worden compotes en jams gemaakt. Rozensiroop en rozengebak zijn ook algemeen bekend.
Zelf rozenkralen maken
Bijna vergeten zijn de beroemde rozenkralen. Daarvoor worden liefst blaadjes van de apothekersroos gebruikt (R. gallica ‘Officinalis’) omdat die hun geur langer vasthouden dan enige andere roos. Hak de rozenblaadjes fijn, zet ze onder water in een pan. Gedurende drie achtereenvolgende dagen een uurtje verwarmen (niet laten koken!). Kneed van de ontstane massa kraalvormige balletjes, laat drogen, prik er gaatjes in en rijg ze aan elkaar. Als zo’n ketting op de warme huid wordt gedragen komt de rozengeur vrij.